De wereld redden
Als klein kind trok ik mij dat wat er in de wereld gebeurde al erg aan.
Ik zag het nieuws wel eens en werd dan bang vanbinnen. Ik was vol ongeloof dat er zoveel akelige dingen gebeurden op aarde. Ik hoorde over een Saddam Hussein bijvoorbeeld en ik weigerde te geloven dat deze man écht slecht was. Ik kon mij niet voorstellen dat iemand alléén maar slecht kon zijn. Ik hoopte dat ik hem een brief kon schrijven, of ik stelde mij voor dat ik bij hem langs ging en dat ik hem dan ervan kon overtuigen dat hij weer aardig moest doen, lief moest zijn.
Natuurlijk begreep ik nog weinig over wat er nu precies op tv verteld werd, maar ik herinner mij nog goed dat het me beangstigde en verbijsterde en dat ik weleens bang in bed lag. Bang voor mensen die blijkbaar zó gemeen waren dat ze anderen pijn deden. Ik kon het nooit bevatten.
Toen ik ouder werd schermde ik mezelf af voor het nieuws. Ik kon er gewoon nooit goed naar kijken.
Dat gevoel van ongeloof bleef. Zelfs nu nog. Een soort diep geworteld gevoel dat niet kan bevatten dat mensen alleen maar slecht kunnen zijn. En ja ik weet wel dat er een hoop mensen zijn die écht geen goede dingen doen, maar dat een mens echt puur slecht is? Het kan er nooit helemaal in.
Hoe kan het dat mensen elkaar pijn willen doen? En hoe kan het dat er zo een puinhoop gemaakt wordt op aarde? Zoveel mooie plekken, daar zou zoveel respect voor moeten zijn. Net zoals respect voor elkaar.
Nee, ik kan de wereld niet redden, zoals ik als klein meisje wel hoopte, maar ik kan wel bij mezelf blijven en in liefde geloven. Het goede proberen te blijven zien, waar dan ook.
Alles begint eerst bij jezelf.